Pagina's

maandag 9 juni 2014

Kunnen we inspelen op voedselhypes in de landbouw?


De laatste maanden staan de gewassen spelt en quinoa veelvuldig in de belangstelling. De eerste kennen we als een graansoort die veelvuldig in broden worden gebruikt en de laatste is een van de zogenaamde 'superfoods'. Voor akkerbouwers, op zoek naar vernieuwing, kan het verlijdelijk zijn om in deze teelten te stappen en in te spelen op deze hype. Maar is de hype van dusdanige aard dat het de akkerbouw naar een hoger plan kan tillen?


Veel cijfers van beide gewassen zijn er niet bekend. Van spelt wordt verwacht dat er maximaal 200 hectare geteeld, van quinoa enkele tientallen hectares. Voor beide gewassen geldt dat op dit moment de vraag groter lijkt dan het aanbod in Nederland geteelde hectares. De vraag rijst nu of het interessant is voor meer telers om in deze teelten te stappen.

Waar kennen we deze gewassen eigenlijk van? Spelt is een 'oertarwe' die naar het schijnt 9000 jaar geleden al verbouwd werd. Ook toen voor het bakken van brood en als belangrijk ingrediënt voor een maaltijd. Het verloor zijn plaats aan de gewone tarwe die veel breder veredeld werd. Van speltbrood wordt geclaimd dat deze gezonder is dan tarwe-, en volkorenbrood. Quinoa is een 'superfood' die tot voor kort vooral in Zuid-Amerika werd geteeld in gebieden waar weinig andere gewassen groeiden, bijvoorbeeld het Andes gebergte. Door een kleine veredeling zijn rassen ontstaan die ook onder Europese omstandigheden geteeld kan worden. Quinoa wordt gebruikt als een vervanger van rijst bijvoorbeeld. Of het kan verwerkt worden tot meel en brood van gebakken worden. Het heeft als voordeel dat mensen met een gluten allergie wel quinoa kunnen eten. En het wordt gepromoot als de weg naar minder kilo's lichaamsgewicht. Daarnaast is er ruimte in veevoeders voor quinoa vanwege het eiwitrijke gehalte.

Op dit moment is er een behoorlijke vraag naar beide producten. Aangezien we met een gewas te maken hebben zit er een bepaalde tijd tussen zaaien en oogsten en is het dus lastig om direct op een grotere vraag in te spelen. Aan de extra vraag van nu kan pas in de zomer van 2015 voldaan worden. Maar is er dan nog steeds zoveel vraag? Ik noemde het in dit bericht al niet voor niks een hype en dat is het ook volgens mij. Van spelt wordt nu al gezegd dat de geclaimde gezondere toestand niet klopt. En we zien de laatste jaren ook dat iedere nieuwe vorm van afvallen ook geen lang leven beschoren is, dus is quinoa dan wel zo interessant?

Naar mijn mening zal er voor een aantal telers wel een leuke kans weggelegd zijn om in deze teelten te stappen maar zoals ik al zei dit duurt nu alweer een jaar voordat we de eerste hogere oogst kunnen meenemen. Ik verwacht dat de vraag al weer wat weggeëbd is, dus het aanbod en de vraag niet evenredig zullen stijgen. Voor een innovatieve akkerbouwer die zin heeft in een risico kan deze teelt wel interessant zijn. Het is dan wel zaak om de kennis van deze teelten op te pakken, want die is in Nederland niet breed weggelegd. Misschien moeten de grote groep Nederlandse akkerbouwers zich eerst maar richten op de kwaliteit van de huidige gewassen zoals bijvoorbeeld uien, om zo de exportkansen in Nederland niet weg te laten vloeien voordat iedereen breed in nieuwe gewassen stapt. Voor die enkeling die het wel aandurft kan er komend jaar misschien wel een extra plusje gemaakt worden. Mijn inziens lijkt de kans van slagen voor quinoa misschien nog wel groter omdat deze net als soja ook in het veevoeder kan, een stabielere markt dan de consumentenmarkt. 

1 opmerking:

Kees Ruyter zei

De herontdekte gewassen hebben dankzij de hype wel enige sympathie van het publiek. Enige ruimte voor pioniers om deze gewassen te proberen zal er wel zijn. Dan komt vanzelf aan het licht of er meer vraag komt voor een groter areaal. Als geen enkele teler deze gewassen probeert, zullen we nooit weten of er een goede markt voor is. Over quinoa wordt wel geschreven dat de vraag vanuit het westen de prijzen voor de arme bevolking in de Andes nu al te hoog zou opdrijven, terwijl zij er voor hun dagelijkse voeding wel afhankelijk van zijn. Voor de afwisseling in het Westerse menu zijn deze gewassen niet verkeerd, al kennen gezondheidsexperts aan geen enkel gewas supereigenschappen toe.